De spelers van Ajax lopen in het huidige premiestelsel veel geld mis als Ajax geen kampioen wordt. De transfers van topscorer Luis Suarez en routinier Urby Emanuelson in januari hebben de kansen van Ajax op de landstitel doen slinken. Daarmee neemt ook de kans af dat spelers een kampioensbonus van drie ton bruto krijgen. Voor de directie van de Amsterdamse club neemt echter de kans op een bonus door deze transfers juist toe.

”Er zit een tegenstelling in het bonussysteem, maar er is ook een gezamenlijk belang,” zegt financieel directeur Jeroen Slop zaterdag in Het Parool. Hij doelt met het ‘gezamenlijk belang’ op het feit dat de lange termijnbonus van directieleden Slop, Rik van den Boog en Henri van der Aat mede is gebaseerd op het sportieve resultaat van de club.

Een landstitel werkt dus door in de bonussen van spelers én de directie.  De bonus van de directie is daarnaast gebaseerd op het operationele resultaat van Ajax en op het netto-resultaat. Grote transfers hebben zodoende gunstige invloed op twee van de drie grondslagen voor een bonus.

De directie van Ajax introduceerde in 2008 een nieuw premiestelsel voor de spelers. Daarbij zijn de traditionele wedstrijdpremies – 9000 euro voor een overwinning en 3400 euro voor een gelijkspel – vervangen door een forse kampioensbonus. Daarmee wil de club de spelers motiveren en de kosten drukken.