© Proshots

Peter Bosz is tevreden over het afgelopen seizoen, ondanks dat daarin geen prijzen werden gepakt. De hoofdtrainer is tevreden over de ontwikkeling van zijn selectie en staat zelf ook in de belangstelling van een aantal clubs. Aan ELF Voetbal laat hij weten dat hij niet weg wil bij Ajax. “Ik ken de jongens nu en de jongens kennen mij. De jongens kennen mijn manier van spelen, hebben daarin progressie laten zien. We zijn sterker geworden. En dat niet alleen. De jonge jongens nemen de ervaring van het spelen van een Europese finale spelen mee naar volgend seizoen. Die ervaring hadden ze nog niet, maar nu wel. Finales moet je leren winnen.”

“Of ik er vanuit ga dat ik zelf blijf? Ja, als ik niet word ontslagen tenminste… Dat zal zo’n vaart niet lopen. Het is een grotere zorg om alle jongens voor de club te behouden”, vervolgt de trainer, die aangeeft wat de uitdaging van komende zomer gaat worden. “Als je het mij vraagt, dan hou ik deze selectie het liefst bij elkaar. Er zit enorm veel kwaliteit in de groep en veel jongens hebben gezien hun leeftijd veel potentie om door te groeien. Dat zou ideaal zijn. Maar we weten allemaal hoe het werkt. Ik vind trouwens dat Ajax een enorme job heeft verricht om deze groep bij elkaar te brengen. Wat dat betreft staat de club weer voor een grote uitdaging.”

Nu ook de Europese competitie erop zit, komt er een einde aan het seizoen. Ondanks de teleurstelling is Bosz positief over zijn selectie en de club. “Het seizoen zit erop, dit was onze laatste wedstrijd. En het laatste neem je altijd het langste mee. Dan overheerst de teleurstelling, zeker omdat wij er meer van hadden voorgesteld. Ik begrijp dat de jongens teleurgesteld waren. Dat snap ik heel goed. Maar het neemt niet weg dat ik heb gezegd dat we de medaille met opgegeven hoofd moesten ophalen. Die medaille hebben we voor de hele campagne gekregen. En daarin hebben we laten zien dat we wel goed kunnen voetballen. Dat we de ballen hebben om gedurfd te voetballen. Dat we beter kunnen dan wat we vandaag hebben laten zien.”