Langs de lijn op De Toekomst #17 Henk Spaan
door Jan Verdonk

Een aantal keer per jaar probeer ik wedstrijden van de Ajax-jeugd op De Toekomst te bezoeken. Niets zo leuk als met eigen ogen de jonge Amsterdamse talentjes aan het werk te zien. Bovendien is het razend interessant alle opmerkingen om je heen te horen, van fans, volgers, ouders en talentjes uit andere teams. Het levert een dieper inzicht op van het wel en wee van de Ajax-jeugdopleiding. In de rubriek “Langs de lijn op De Toekomst” ga ik namens Ajax1.nl de komende tijd in gesprek met enkele van deze mensen. In deel 17 praat ik met Henk Spaan, bekend Nederlands (sport)journalist en televisiepresentator. Als mede-oprichter van Hard Gras en columnist voor Het Parool schreef Spaan veel kritische stukjes over Ajax en de jeugdopleiding van de Amsterdammers. Als talentenwatcher volgt hij jongens als Abdelhak Nouri al jaren.

Het is 11 april jongstleden, als Ajax A1 het thuis opneemt tegen FC Twente. Een mooie gelegenheid om een goede vriend eens kennis te laten maken met de voetbalkwaliteiten van enkele grote talenten, zo leek me. De wind is echter hard, en daar valt onmogelijk aan te ontsnappen op de tribunes van De Toekomst. Tot overmaat van ramp gaat het ook nog eens regenen. We vragen ons even af wat ons in hemelsnaam bewogen heeft naar Amsterdam te gaan. Gelukkig duren dat soort momenten bij bezoekjes aan de Ajax-jeugd doorgaans niet lang. Terwijl jongens als Matthijs de Ligt, Abdelhak Nouri, Donny van de Beek, Carel Eiting, Vaclav Cerny en Gino Dekker een snelle rondo afwerken, zie ik plots twee bekende gezichten langslopen. Het zijn Henk Spaan en Piet Keizer. Het gebeurt (gelukkig) niet vaak dat twee heren van middelbare leeftijd mij even de wereld om me heen doen vergeten, maar mijn respect voor dit tweetal is dusdanig groot dat het me toch even overkomt.

Als ik Spaan en Keizer zie, denk ik even terug aan het interview dat eerstgenoemde twee jaar geleden had met Piet Keizer in Hard Gras. Spaan vertelde in dat artikel onder meer dat hij in zijn debuutjaar als columnist voor Haagse Post een stuk schreef met de titel ‘Ik heb de jas van Piet Keizer aangeraakt’. Als beginnend voetbalschrijver had hij zich als een kind in een snoepwinkel gewaand, toen hij tot zijn eigen verbazing in de bestuurskamer terechtkwam na FC Amsterdam-Ajax (1-0), waar hij de grijze winterjas van Piet Keizer had zien hangen. Deze had hij uiteindelijk niet daadwerkelijk aangeraakt, maar Spaan wist toen al dat zo’n titel zou scoren. Nu, ruim 30 jaar later, zag ik hem dus de tribunes van het Ajax-jeugdcomplex oplopen, naast dezelfde Piet Keizer. Toeval of niet, maar Spaan droeg iets dat verdacht veel weg had van een lange grijze winterjas. Het leven kan soms raar lopen.

De wedstrijd van de A1 was uiteindelijk één van de matigste potjes die ik ze vorig seizoen heb zien spelen. Mijn dag was echter al goed, mede door Henk Spaan en Piet Keizer. Later bedacht ik me hoe mooi het zou zijn als ik deze gelouterde critici als beginnend voetbalschrijver zou kunnen interviewen voor mijn rubriek. Toen Spaan vorige week tijdens mijn vakantie liet weten wel mee te willen werken, was ik dan ook vereerd. Bij een kritische blik naar wat er goed en fout gaat op De Toekomst, zijn zulke mensen van grote waarde. Niet eens per se omdat ze de waarheid in pacht hebben, maar omdat ze te allen tijde gefundeerde vraagtekens durven plaatsen, iets waar vooruitgang in mijn ogen altijd mee begint. Alleen daarom al werd het vraaggesprek met Spaan boeiend.

Ajax-volgend journalist

Veel fans denken altijd in allerlei kranten een voorkeur te zien voor een bepaalde stroming bij Ajax. In hoeverre herkent Henk Spaan, die al jaren meeloopt in het journalistieke wereldje, dat eigenlijk? En waar let hij zoal op als hij wedstrijden van de Ajax-jeugd bezoekt? Ik vroeg hem ernaar, net als naar de opmerkelijke column waarin hij stelde dat Ajax met Botteghin, Van der Heijden en De Roon gewonnen zou hebben van Rapid Wien.

Beste Meneer Spaan! Allereerst even een paar vragen over uw werk als voetbaljournalist. In die hoedanigheid komt u vaak op De Toekomst. Waar let u dan zoal op?

‘Als ik naar een wedstrijd kijk, let ik vooral op de individuele spelers. In de tactiek ben ik bij de jeugdelftallen niet zo geïnteresseerd.’

U bent een ervaren journalist. Kunt u eens uitleggen waarom in veel media de huidige prestaties van het eerste elftal worden gebruikt om de huidige kwaliteit van een jeugdopleiding te beoordelen, ook als die pas enkele jaren geleden flinke veranderingen heeft ondergaan?

‘De prestaties van het eerste hebben weinig te maken met de kwaliteit van de opleiding, tenzij er nooit een jeugdspeler zou doorbreken.’

Helder! En dus is het onterecht als journalisten de ‘Fluwelen Revolutie’ afschieten, zoals een Arno Vermeulen weleens lijkt te doen, op basis van prestaties van Ajax 1?

 ‘Volgens mij is de jeugdopleiding het speerpunt geweest van die revolutie. Het tekortschieten van het eerste kan aan veel dingen liggen: de scouting, het aankoopbeleid, pech, de technische staf, enzovoort.’

Veel mensen stellen dat uit de berichtgeving van de toonaangevende kranten en tv-omroepen af te leiden valt dat ze een voorkeur hebben voor een bepaald ‘kamp’ bij Ajax. In hoeverre herkent u dit en hoe makkelijk of moeilijk is het eigenlijk daar niet aan mee te doen als journalist?

‘Wie de Telegraaf leest, ziet meteen dat ze daar een kamp aanhangen en alle middelen zullen gebruiken het andere kamp te dwarsbomen. Hoewel Jaap de Groot het laatst opnam voor De Boer, terwijl Valentijn Driessen Frank afbrandde. Dat was opvallend.’

Toch even voor alle zekerheid, omdat dit nog weleens genoemd wordt door fans, Het Parool is geen tegenstander van de Fluwelen Revolutie?

‘Ik weet niet wat het Parool vindt. Als ze hun vak serieus nemen, en dat doen ze, zijn ze kritisch waar nodig en lovend bij succes. Tenminste, dat streef ik na.’

U stelde onlangs heel opvallend dat Ajax er verstandig aan had gedaan Botteghin, Van der Heijden en De Roon te halen, en dat er daarmee beter gepresteerd zou zijn tegen Rapid Wien. Dit terwijl andere ‘ervaren jongens’ als Moisander, Sigthorsson, Schöne, Van Rhijn en Zimling volgens velen de reden waren van het moeizame spel van Ajax vorig seizoen. De categorie mensen die u noemde passen allicht wel in dat rijtje. Waarom zouden zij het dan beter doen, en moet Ajax juist niet gaan voor de wat duurdere categorie? Sulejmani mag dan mislukt zijn, maar Suárez en Huntelaar waren voltreffers en ook Sinkgraven heeft onmiskenbaar Ajax-kwaliteiten.

‘Ik noemde die spelers omdat ik ervan overtuigd ben dat een centrum met Botteghin en Van der Heijden de routine heeft die Ajax tegen Rapid Wien miste. Tegen Shakhtar zouden ook zij tekort schieten. Ik ging er vanuit dat duurdere, buitenlandse, spelers niet in aanmerking komen. Laatst zag ik Anderlecht-Gent met een uitstekende Asare en de potige spits Depoitre. Ik noem die spelers omdat ik vind dat Ajax bij aankopen ook eens outside the box moet denken. Wat zijn Ajax-kwaliteiten? Spelers die een bal weggeven op de rand van de zestien?’

Dat laatste was natuurlijk een grote fout, van een erg jonge speler. Toch kan het u als liefhebber niet ontgaan dat Sinkgraven bij zijn tegenstander weg kan draaien over twee kanten, dat hij een mannetje kan passeren en dat hij bovendien de oplossing altijd vooruit durft te zoeken. Laat ik het zo stellen, het kwaliteitsverschil tussen Duarte van 2/3 miljoen en Sinkgraven van 7/8 miljoen lijkt me evident. Moet Ajax, met ook de ervaringen met Huntelaar en Suárez, niet vaker voor die categorie gaan?

‘Sinkgraven is een enorm begaafde voetballer. Het is niet per se een reden om hem als verdedigende middenvelder neer te zetten. Linksbuiten had meer voor de hand gelegen. Ajax had ook naar een type als Imbula kunnen kijken. Dat er in Frankrijk zoveel salaris wordt betaald, is onzin. Er zijn in de Ligue 1 zéstien clubs met een lagere begroting dan Ajax. Verhoog het budget van de scouting, zeg ik.’

De jeugdopleiding na de ‘Fluwelen Revolutie’

Spaan is de voorbije jaren af en toe lyrisch geweest over individuele spelers op De Toekomst. Zo had hij reeds de nodige mooie woorden over voor jongens als Abdelhak Nouri en Matthijs de Ligt. Toch is hij ook met grote regelmaat kritisch geweest op het beleid op De Toekomst. Het is dan ook interessant om te toetsen wat Henk Spaan vindt van de stelling die in deze rubriek centraal staat. Is de Ajax-jeugdopleiding sinds de Fluwelen Revolutie volgens hem inderdaad aan de beterende hand, zoals veel mensen beweren? En waar ziet Spaan de meest duidelijke ruimte voor verbetering?

Dan de vraag waar de rubriek om draait. Wat vindt u eigenlijk van de veelgehoorde stelling ‘dat het de goede kant opgaat met de Ajax-jeugdopleiding sinds de Fluwelen Revolutie’?

‘Sinds deze revolutie zijn in de opleiding te veel trainers van kwaliteit weggepromoveerd, weggegaan of ontslagen. Ik noem Robin Pronk, Fred Grim, Michel Kreek, Patrick Ladru, Orlando Trustfull en Ronald de Boer.’

U noemt deze namen, en u dicht ze kwaliteit toe. Op basis waarvan eigenlijk?

‘Er was op zeker moment een C1 waar de sfeer totaal verrot was. Pronk kreeg ze onder zijn hoede als B1 en binnen een half jaar had hij de zaak onder controle. Bij Grim hoef ik alleen maar te wijzen op Vincent Janssen. Dat is zijn werk!’

Waar ziet u eigenlijk de duidelijkste ruimte voor verbetering?

‘Het grootste probleem, denk ik, is het gebrek aan warmte op De Toekomst. Er heerst een angstcultuur onder medewerkers. Angst voor hun baan. Ik noem een uitspraak van Gavin Benjafield: “if they don’t like it, they are free to go.” Deze man, een soort fitnesstrainer, is hoofd van de medische afdeling. Of was dat, want ook binnen de revolutie zijn de oorspronkelijke aanhangers hun leven niet zeker. Bij Feyenoord is Cor Adriaanse al sinds jaar en dag de onomstreden trainer van de B1. Hoewel streng genoeg is hij een oom-figuur voor de pubers in opleiding. Aandacht voor het pedagogische aspect is het grootste gemis bij Ajax.’

U volgt jongens als Abdelhak Nouri al jaren. Je zou kunnen stellen dat een goede opleiding ervoor zorgt dat individuele jeugdspelers daadwerkelijk beter worden. Ziet u die verbetering? En wat vindt u, in het geval van Nouri, van de kritiek dat er onvoldoende gewerkt is aan punten als de omschakeling en zijn linkerbeen?

‘Nouri zag ik denk ik voor het eerst toen hij tien was. De jaren daarna genoot ik enorm van het koppel Nouri/Bergwijn dat voor honderden doelpunten zorgde. Deze jongens zijn in heel Europa bekend. Ajax had Bergwijn nooit mogen laten gaan. Hij zal de eerste van de generatie 1997 zijn die doorbreekt. Dit seizoen. Bij PSV. Het is de grootste fout die Trustfull in zijn carrière heeft gemaakt. Wat Nouri betreft: ik kijk naar waar hij goed in is. Met de bal aan de voet is hij onovertroffen. Maar zelfs Eriksen laat wel eens een man lopen. Nouri is achttien jaar. Tussen nu en zijn eenentwintigste moet het gebeuren. Niemand kan weten waar hij eindigt. Eén ding staat vast: hij heeft een geweldige mentaliteit.’

Duidelijk, maar hebt u jongens als Nouri en De Ligt ook voetbaltechnisch zien groeien de voorbije jaren? Velen zien in groei namelijk een indicator van een goede opleiding.

‘Nouri is een voetballer met een immens, aangeboren talent. Hij kan alleen fysiek beter worden gemaakt. De Ligt heeft meer baat bij technische training. Zijn tweebenigheid dankt hij niet aan de opleiding.’

Verschillende mensen stellen dat er jeugdtrainers zijn die bij een achterstand opeens een lange bal accepteren, terwijl daarmee de visie van Cruijff ondermijnd zou worden. Wat vindt u hiervan?

‘Deze trainers hebben volkomen gelijk. Je gaat toch niet naar de NextGen finale in Londen om een visie uit te dragen? Die jongens gingen daarheen om te winnen. Ze vielen aan. Inter verdedigde en won. Het was een les. Gery Vink zette Efmordis altijd linksback. Jonk liet hem als linkshalf spelen. Denkt u dat een speler dat snapt?’

En wat vindt u van de kritiek van Piet Keizer van eind 2014, waarin hij tegenover ELF stelt dat trainers te weinig bezig zijn met het technisch zo goed mogelijk maken van spelers?

‘Ik heb voor Hard Gras twee jaar geleden een groot interview gemaakt met Piet waarin hij zijn theorie uitgebreid heeft ontvouwd. Hij heeft voor een groot deel gelijk. Ik zie buitenspelers die eenbenig zijn. Dat is belachelijk.’

Jaap de Groot kwam vorige week in een column met kritiek op het besluitvormingsproces bij het aankoopbeleid bij Ajax, waarin volgens hem enkele zaken niet goed gaan. Wat is uw algemene beeld van besluitvormingsprocessen binnen de jeugdopleiding?

‘Die processen bestaan niet. Als er al eens iets wordt opgeworpen dat tegen de heersende opvattingen ingaat, bijvoorbeeld de door Trustfull en Ronald de Boer gesteunde opvatting van Kreek dat in de bovenbouw ook aan teambuilding zou moeten worden gedaan, verdwijnen deze mensen vanzelf. Ladru ging weg omdat hij er genoeg van had wanneer een opinie van hem als gebrek aan loyaliteit werd gezien. De aankopen van jeugdspelers zijn voor een groot deel mislukt. Laat ik maar geen namen noemen.’

Organisatie jeugdopleiding

Als het gaat om de organisatorische kant van de jeugdopleiding, dan is daar in deze rubriek reeds de nodige keren kritiek op geweest. Als ik Spaan confronteer met enkele van deze geluiden, blijkt hij dit vaak te herkennen.

Hans Bergsma kwam in een eerder gesprek binnen deze rubriek met een verhaal over vriendjespolitiek. Mensen in de bovenbouw zouden er vooral zitten, omdat ze de juiste personen kennen. Nu is dit wellicht een bijna universeel toepasbaar principe, want volgens mij geldt dit voor veel bedrijfstakken en organisaties. Maar in hoeverre herkent u dit, en hoe zorg je er volgens u voor dat kwaliteit leidend is, en niet het netwerk dat iemand heeft?

‘Tja, er zijn natuurlijk altijd dat soort invloeden. Dat is overal, hoor. Bryan Roy ligt goed bij de familie Cruijff. Dus is zijn positie onwankelbaar. Hoewel, is ook hij onlangs niet omhoog geduwd naar ongevaarlijker oorden? Als kwaliteit leidend zou zijn, werkten Pronk en Grim nog bij Ajax.’

Samen met Bergsma kwam ik tot de conclusie dat er een gebrek aan leiderschap is bij Ajax in de jeugdopleiding, bijvoorbeeld door de eerder genoemde punten. In hoeverre klopt dit beeld volgens u?

‘Ik ben het daar helemaal mee eens. Zie mijn antwoord over Cor Adriaanse. Iemand als Fred Grim zou geknipt zijn voor een vertrouwensrol, zowel bij de spelers als hun ouders. Hij kan met mensen omgaan en beschikt over de empathie van een geboren leider.’

Er is veel te doen geweest over de jeugdcontracten. Ajax heeft er inmiddels voor gekozen 16-jarigen wel weer jeugdcontracten te geven. Links en rechts hoor je echter wel dat er binnen Ajax verschillende signalen af worden gegeven naar spelers. De leiding op De Toekomst wil bepaalde spelers graag houden, waarna Overmars dat juist niet wil, of zelfs heel lang of helemaal niets van zich laat horen. Hoe gevaarlijk zijn deze verschillende signalen in uw ogen?

‘Ik heb twee jaar geleden aan aandacht besteed aan dit verschijnsel. Nouri, Dekker en Van der Beek kregen geen contract, terwijl er, soms voor tonnen, buitenlandse jongens werden gehaald die wel geld verdienden. Ongewenst in dezelfde kleedkamer. Ze zijn er inmiddels achter dat de clubs uit Manchester, Liverpool, Londen en ook Parijs over lijstjes beschikken waarop de namen van die jongens staan. De relatie tussen Overmars en Jonk schijnt non-existent te zijn.’

Uit mijn gesprekken met jeugdspelers blijkt dat veel van hen graag nog meer individuele training zouden willen. Verder hoorde ik een Ayhan Ünüvar vragen om meer visualiseringsmomenten met videobeelden voor zijn zoon Naci. Dit soort dingen kosten uiteindelijk meer manuren en waarschijnlijk dus geld. Nu is er al enige tijd een discussie gaande over het budget voor de jeugd. Jonk en de zijnen krijgen hun eenmalige extra bedrag nog altijd niet. Waar staat u in deze discussie?

‘Waarom zou meer individuele techniektraining meer geld kosten? Ik hoor dat de ene na de andere atletiektrainer wordt besteld. Kan dat iets minder? Laat die jongens toch op voorzetten met hun verkeerde been oefenen, en op koppen en lopen trainen. Zag u Branco van den Boomen bij Heerenveen uitblinken? Als ze hem intensieve looptraining hadden gegeven, zou hij Serero toch hebben verdrongen?’

Ajax heeft op 31 juli jl. de informatiegids ‘Een blik op De Toekomst’ van 43 bladzijden gepubliceerd op de website, bedoeld voor ouders en talenten, als toelichting op de jeugdopleiding. Daarin wordt veel helder, maar er staat bijvoorbeeld niet in hoe er wordt gezorgd voor kwaliteitszorg en hoe trainers beoordeeld worden. Is Ajax in uw ogen transparant genoeg, en waarom wel of niet?

‘Totaal niet transparant. Jonk en Jongkind zijn de baas en praten vooral met elkaar. Althans, dat wordt me verteld.’

Johan Cruijff

Cruijff ontketende zijn revolutie bij Ajax ooit mede omdat hij te veel jeugdspelers zag met een gebrekkige basistechniek. Het beleid kon daarnaast volgens hem beter, door veel oud-voetballers aan te stellen. Zij zouden tenslotte vanuit hun eigen ervaringen hetzelfde denken, en dit zou het maken van beleid en het nemen van beslissingen vergemakkelijken. Inmiddels blijkt echter dat ook oud-voetballers met elkaar kunnen botsen, zoals de casus van het conflict tussen Overmars en Jonk duidelijk maakt. In dat licht leg ik Spaan graag wat vragen voor over Cruijff en diens revolutie.

Tijdens het afgelopen WK zaten er slechts vijf jongens in de selectie van Oranje die hun opleiding (deels) bij Ajax genoten. Slechts twee of drie ervan waren belangrijke spelers. Zo’n tien, vijftien jaar geleden was dat nog anders. In hoeverre begrijpt u dit, kijkend naar uw ervaringen op De Toekomst, en was het mede daarom niet terecht dat Cruijff zijn ‘revolutie’ startte?

‘Welke spelers van Ajax stonden in 1974 in de WK-finale? Cruijff, Suurbier, Krol, Neeskens en Rep. Ik tel er vijf, toen het grote Ajax zijn hoogtepunten beleefde. Voor de revolutie braken Van der Vaart en Sneijder door, Nigel de Jong en Johnny Heitinga. Het beroemde elftal dat ooit 1-1 speelde op Highbury met die goal van Nigel de Jong bevatte vooral buitenlanders: Zlatan, Galasek, Chivu, Pasanen, Lobont en Trabelsi. Wat vaststaat is dat de scouts van toen veel meer invloed op het (aankoop)beleid hadden.’

Zou u ervoor pleiten die invloed ook nu weer te vergroten?

‘Volgens mij zou het budget van de scouting omhoog moeten. Vers bloed in Frankrijk lijkt gewenst.’

Heeft Cruijff het, met bijvoorbeeld de problemen tussen Jonk en Overmars in gedachten, verkeerd gezien met de veronderstelling dat oud-voetballers op dezelfde manier denken, en met de gedachte dat dit het uitvoeren van beleid zou vergemakkelijken?

‘De haast religieuze opvatting dat oud-voetballers van god gezonden zijn, is vooral lachwekkend. Net als in alle kantoren en op talloze werkvloeren heerst ook bij Ajax naijver en jaloezie. Dat voetballers hier boven zouden staan is een romantische misvatting.’

Heeft Cruijff eigenlijk wel genoeg zijn zin gekregen bij Ajax? Had een Ling bijvoorbeeld niet direct aangesteld moeten worden als algemeen directeur en had Cruijff daarom niet echt volledig carte blanche moeten krijgen?

‘Dit begrijp ik niet. Waarom is Ling geknipt voor de functie van CEO bij een beursgenoteerd bedrijf? Omdat hij kampioen van Slowakije is geworden? Cruijff werkte Van Basten weg, ook een oud-voetballer, omdat hij meer zag in de oud-voetballer Overmars. Kennelijk zijn er ook in die categorie rangen en standen.’

De al eerder genoemde Bergsma stelde het stempel van Ajax als één van de beste jeugdopleidingen ter wereld nooit te begrijpen, omdat ze eigenlijk vooral altijd geprofiteerd hebben van de aanwezigheid van de beste talenten. Die kiezen in Nederland vaak voor Ajax, soms op latere leeftijd zoals Vanenburg, Van Basten, Rijkaard, Kieft en Bazoer, maar Ajax maakt ze volgens Bergsma eigenlijk niet veel beter. Daarom zouden ze er volgens hem ook verstandig aan doen de jeugdopleiding op een latere leeftijd te laten beginnen voor talenten. Hoe ziet u dit?

‘Ik vermoed dat op wetenschappelijk niveau de opleiding van AZ inmiddels beter is. Op empathisch-pedagogisch niveau wint Feyenoord. Ajax heeft inderdaad nog steeds de grootste talenten.’

Ajax-speelstijl

Frank de Boer kiest er dit seizoen voor af en toe met een ‘10’ te spelen, iets dat lang niet door iedereen begrepen wordt. Zo zijn er velen die van mening zijn dat de spelopvatting die binnen de jeugdopleiding gehanteerd wordt, hetzelfde moet zijn als die van het eerste elftal. Daarnaast plaatste Hans Bergsma onlangs in deze rubriek vraagtekens bij de invloed van de ‘performance trainingen’ op het voetballende verhaal waar Ajax mee groot is geworden. Hoe kijkt Spaan hier eigenlijk tegenaan?

Bergsma stelde verder dat door de grote nadruk op ‘performance’ het gevaar bestaat dat Ajax steeds verder af komt te staan van het voetballende verhaal waarmee het groot geworden is. Hoe ziet u dit?

‘Dit klopt. Herinnert u zich de borstklopperij van Jongkind c.s. toen Hoesen naar het eerste kwam? Ze hadden hem twee maanden lang intensief opgetraind. Dat ging er nu allemaal uitkomen. Dat die jongen niet genoeg voetbaltalent heeft, was ze tijdens het opdrukken even ontgaan.’

Ajax verwetenschappelijkt de jeugdopleiding op enkele onderdelen. In hoeverre is dit volgens u eigenlijk gevaarlijk voor de unieke clubidentiteit?

‘Ik ben het wel eens met de opvatting dat meten weten is. Alleen begrijp ik niet dat van meet af aan de bewegingswetenschappers van de VU bij Ajax zijn weggewerkt.’

Frank de Boer kiest nu in het eerste elftal af en toe voor het spelen met een ‘10’, iets dat in de jeugdopleiding niet gebeurt. Zou die speelwijze bij Ajax in de jeugdopleiding en het eerste elftal niet te allen tijde onaangepast en hetzelfde moeten zijn volgens u?

‘Volstrekte onzin. U denkt toch niet dat er op De Toekomst nooit met een nummer 10 is gespeeld? Ik herinner me nog heel goed een wedstrijd van de A1, ik meen onder Ronald de Boer en Grim, waarin Davy Klaassen en Viktor Fischer elkaar afwisselden als spits en tien. Een trainer met persoonlijkheid lapt die dogma’s aan zijn laars. Van Gaal gaf Van Basten en John van ‘t Schip eens de opdracht om een speler op linksback te zetten die zij centraal wilden laten spelen. De eerste tien minuten stond die jongen inderdaad linksback. De laatste tachtig centraal.’

Laatste vraag. In hoeverre zou een matig seizoen van het eerste elftal deze jaargang de revolutie van Cruijff in gevaar kunnen brengen volgens u?

‘Niet. De revolutie kan alleen in gevaar komen bij successen van het eerste. Stel dat Frank kampioen wordt met een nummer tien. Wat dan?’

De kritiek van Spaan is duidelijk, en vertoont gelijkenissen met wat eerder door mensen als Bergsma aangedragen werd. Of Ajax de vraagtekens van dit soort mensen aangrijpt om beter te worden en dus vooruitgang te boeken, zal duidelijk worden in de toekomst. Voor nu wil ik Henk Spaan ontzettend bedanken voor zijn medewerking aan deze rubriek. Ik wens hem namens de verdere redactie van Ajax1.nl vooral nog heel veel kijk- en schrijfplezier de komende jaren, en boven alles een goede gezondheid. Wie door de kritiek en de lovende woorden voor individuele talenten heen kijkt, ziet namelijk vooral een grote liefde voor het voetbal bij Spaan. Vandaar dat ik hem nog vaak hoop te zien rondlopen op De Toekomst, het liefst met Piet Keizer en in een grijze winterjas.

Eerdere editie(s) van deze rubriek vind je hier:

————————————- Ajax nieuws Ajax1.nl Henk Spaan

Denk jij ook van waarde te kunnen zijn voor deze rubriek, en wil je jouw verhaal net als Henk Spaan met mij delen? Mail dan naar janverdonk_ajax1@hotmail.com of neem contact met me op via LinkedIn (https://www.linkedin.com/in/janverdonk1984)