Ajax heeft niet voor een verrassing kunnen zorgen in de Champions League. Real Madrid leek aanvankelijk een makkelijke avond te krijgen, maar moest toch nog even billenknijpen na een aansluitingstreffer van de Amsterdammers. Cristiano Ronaldo voltrok uiteindelijk in korte tijd het vonnis: 1-4.

Dat het voor rust nog maar 0-1 stond was een klein wonder. Real Madrid zette Ajax vanaf begin af aan onder druk en gunden de Amsterdammers geen moment de gelegenheid om van achteruit op te bouwen. Derk Boerrigter kwam er in de tweede minuut nog wel gevaarlijk uit, maar in de periode daarna stond Ajax met de rug tegen de muur. De enige Ajacied die zich staande wist te houden was Kenneth Vermeer.

De doelman bracht een aantal keer uitstekend redding op schoten van Cristiano Ronaldo, Káka en Karim Benzema, terwijl ook Marcelo en Sergio Ramos dicht bij een treffer waren. Het ontbrak de Madrilenen echter aan wat geluk en scherpte in de afronding, waardoor Ajax lange tijd met de nul op het scorebord de theepauze leek te laten halen. Ronaldo stak hier echter een stokje voor. De superster stond op de juiste plek toen een afgeketste voorzet van Benzema voor het doel langs scheerde en zette Madrid vanaf twee meter verdiend op voorsprong.

Frank De Boer zal niet tevreden zijn geweest in de kleedkamer, daar Ajax in het eerste bedrijf nauwelijks met de bal de middenlijn overkwam. Erger werd het nog toen Benzema in de 48e minuut de voorsprong verdubbelde. De Fransman was het eindstation van een karakteristieke counter, waarbij de bal in een paar seconden het hele veld overstak. De spits zag de voorzet van Káka iets achter zich komen en aarzelde niet. Met een prachtige omhaal liet hij Vermeer kansloos.

Het had er alle schijn van dat Ajax zich als een mak lammetje naar de slachtbank liet leiden, maar Niklas Moisander bracht hier verandering in. De Fin kopte bij de tweede paal een corner van Christian Eriksen binnen en bracht zijn club daarmee vanuit het niets terug in de wedstrijd.

Dit was het startsignaal voor een Ajax-offensief. Plotseling durfde de jonge ploeg weer te voetballen en drukte het Real achteruit. Daley Blind bediende Boerrigter op maat, na een prachtige crosspass van Ricardo van Rhijn, maar de linksbuiten wist zijn voet niet goed tegen de bal aan te krijgen. De grootste kans op de gelijkmaker was echter voor Danny Hoesen.

De jonge spits was in het veld gekomen voor de ongelukkig spelende Tobias Sana en kreeg na enkele minuten de kans om zijn debuut onvergetelijk te maken. Ryan Babel zette perfect voor, waarna Siem de Jong de bal miste en Hoesen van dichtbij binnen kon tikken. Zijn inzet verdween echter in het zijnet, waardoor Ajax de kans op de aansluiting niet verzilverde.

Uiteindelijk was het dan toch Real Madrid die de wedstrijd definitief naar zich toetrok. Ronaldo besliste in twee minuten de wedstrijd, door eerst met een prachtig gekruld afstandsschot Vermeer te verschalken en vervolgens met een mooi geplaatste stift voor de 1-4 te tekenen. Door deze nederlaag staat Ajax nog altijd onderaan in de poule, en mag het binnenkort tegen Manchester City proberen hier verandering in te brengen.