Riechedly Bazoer heeft voor het eerst in de media gereageerd op de gebeurtenissen van afgelopen weekend. De 19-jarige middenvelder was tijdens ADO Den Haag-Ajax het doelwit van racistische spreekkoren van het thuispubliek. “Ik was natuurlijk gefocust op de wedstrijd, maar ik hoorde wel dat ze dingen naar me riepen en wat liedjes met mijn naam erin zongen. Na een tijdje heb ik tegen de scheidsrechter gezegd dat ik spreekkoren en andere rare geluiden vanaf de tribune hoorde. Ik vroeg hem of dat wel mocht. Nadat hij aangaf dat hij er iets aan zou doen, heb ik me er weer voor afgesloten.”

Na de rust spraken de spelers met Bazoer over de geluiden. “In de rust zeiden mijn teamgenoten dat ik me niets van die spreekkoren moest aantrekken. Dat sloot aan op wat we vooraf al met de trainer hadden afgesproken. We zouden ons niet door de spelers en de fans van ADO laten intimideren, maar gewoon ons eigen spel spelen. Dat hebben we gedaan”, blikt Bazoer op de officiële website van Ajax terug op de gebeurtenissen van afgelopen zondag.

Vlak na de wedstrijd liet de KNVB weten dat als Bazoer van het veld was gestapt, ze het hadden geaccepteerd. De talentvolle middenvelder was daar echter totaal niet mee bezig. “Ik heb niet overwogen om van het veld te gaan, want daar was ik niet mee bezig. Ik wist ook niet dat dit kon. Ik wilde gewoon een goede wedstrijd neerzetten en drie punten meenemen naar Amsterdam. Dat was onze opdracht in Den Haag en dat is gelukt.”




Bazoer is pas 19-jaar oud, desondanks blijft hij heel erg rustig na wat er allemaal rond hem is gebeurd. “Dat is iets van de laatste tijd. Als dit me drie jaar geleden was overkomen, had ik waarschijnlijk heel anders gereageerd. Misschien was ik dan wel uit frustratie tegen een rode kaart aangelopen. Ik had vroeger ook altijd een weerwoord tegen medespelers en trainers. Dat is inmiddels helemaal veranderd. Ik neem nu dingen van ze aan en snap dat ze me alleen maar proberen te helpen. Op het mentale vlak heb ik me de afgelopen jaren ontwikkeld. Dat heeft me afgelopen zondag in Den Haag enorm geholpen. Ik heb me niet uit mijn spel laten halen. Ik ben inmiddels mentaal zo sterk dat ik me door niemand gek laat maken.”

Direct na het laatste fluitsignaal liep Henk Fräser naar Bazoer toe. De ADO-trainer liet aan de middenvelder weten dat hij niks van die spreekkoren aan moest trekken. “Ik heb een goede band met Henk Fräser. We kennen elkaar al een lange tijd. In de jeugd van PSV was hij een van mijn trainers. Hij zei dat hij die spreekkoren ook had gehoord en dat ik me er niets van moest aantrekken. En dat de supporters die dat zongen niet goed bij hun hoofd waren. Het was fijn dat hij zo vlak na de wedstrijd die dingen tegen me zei.” Bazoer snapt niet dat er anno 2016 nog racistische spreekkoren te horen zijn in stadions. “Eerlijk gezegd zit ik er niet zo erg mee. Ik ben een nuchtere jongen. Ik denk maar zo: als ik geen goede voetballer zou zijn, zouden ze me ook niet proberen om me op zo’n manier uit de wedstrijd te halen. Al is het natuurlijk wel erg wat er is gebeurd. Ik snap niet dat er anno 2016 nog racisme in stadions kan zijn. Ik ben teleurgesteld dat die spreekkoren en rare geluiden bijna de hele wedstrijd konden klinken. Maar het is nu verleden tijd. Ik heb de afgelopen dagen veel steun van mijn moeder en broer gekregen. Dat geeft me kracht. Ik wil gewoon voetballen.”