Peter Bosz kijkt tevreden terug op afgelopen zondag. In speelronde 33 gebeurde eigenlijk waar niemand meer rekening mee hield: Feyenoord verloor en Ajax won, waardoor de Amsterdammers nog mogen hopen op een eventuele titel. Ook al is deze kans klein. “Het werd natuurlijk een zondag die de meeste mensen zich anders hadden voorgesteld. Zij zouden kampioen worden, maar dat gebeurde uiteindelijk niet. Wij moesten winnen van Go Ahead om de tweede plaats veilig te stellen. Dat is wat we gedaan hebben, maar gaandeweg de wedstrijd kregen we door wat er in Rotterdam gebeurde. Het was voor ons een aangename verrassing”, laat de hoofdtrainer aan Ajax TV weten.
Zondag kregen veel spelers rust, waardoor er een aantal talenten in de basis konden starten. Toch speelden er ook een aantal wat meer ‘ervaren’ spelers mee, zoals Davy Klaassen, Jairo Riedewald, Nick Viergever, Joël Veltman en Kasper Dolberg. “Ik vond dat we ook wat meer ervaring in het elftal moesten hebben. Om de jonge jongens te kunnen begeleiden. Daarom wilde ik dat Davy ging spelen en in de rust hebben we hem gewisseld. Dat waren we van te voren al van plan, zoals we dat ook met Kasper hebben gedaan.”
Over de wedstrijd zelf was Bosz eigenlijk minder tevreden: “Ik vond niet dat we een goede wedstrijd speelden. We hebben gedaan wat we moesten doen, maar ik denk dat we beter kunnen voetballen dan we gistermiddag hebben gedaan. Ik vond het tempo op een gegeven te laag worden, waardoor Go Ahead op de been kon blijven. We hadden meer moeten en kunnen scoren. Je zult in een hoger tempo moeten spelen, omdat ze kapot te spelen. Dat hebben we bij vlagen wel gedaan, maar bij vlagen ook niet. Ik zie wel steeds vaker aan het team dat ze door willen gaan met scoren en niet tevreden zijn met maar een doelpunt, bijvoorbeeld. Ze voelen steeds beter aan wanneer ze door kunnen drukken.”