Door Arco Gnocchi

Terwijl ik dit typ heb ik nog steeds niet besloten of ik nou naar Stockholm ga afreizen. Want ook ik heb geen plaatsbewijs voor de Friends Arena in Solna.

Dinsdagochtend, 09:55. Mijn vingers staan in de startblokken om een kaartje voor de Europa Leaguefinale te bemachtigen. Ik heb mijzelf een kans van één op vijf toebedeeld en mijzelf ook maar gelijk wijsgemaakt dat dat prima kansen zijn. In gedachten zie ik mijzelf al Zweedse gehaktballen hooghouden voor een stadsfontein waarin het Zweeds dames beachvolleybalteam mij enthousiast toejuicht. Vier schermen, seizoenskaartnummer alvast opgeslagen in de muis, en een glasvezelkabelverbinding. Let’s do this.

En dan… niets. Fronsend staar ik naar m’n laptop. Ik dacht redelijk handig te zijn met dit soort internetsituaties, maar moet in deze online grabbelton toch echt mijn meerdere erkennen. Op Twitter zie ik de eerste berichten van mensen die na één keer klikken al beet hadden. Superleuk voor ze. Ik ploeter door, inmiddels tijdens een meeting, waaraan mijn bijdrage minimaal te noemen is. Het moet maar even. Want ik zie tweets van mensen die na 45 minuten alsnog opeens een kaartje te pakken hebben. Maar na een uur lang F5’en op de ticketsite verschijnen de gevreesde woorden op m’n beeldscherm: De finale van de UEFA Europa League is uitverkocht.

Na het mislukken van mijn internetmissie is er eerst berusting. Ik heb al zo veel, zo’n prachtig leven. Als seizoenkaarthouder ben je nu eenmaal in de eerste plaats een Johan Cruijff ArenA-ganger. Dit soort wedstrijden zijn in de eerste plaats een beloning voor de hondstrouwe uitsupporters die jarenlang hun team waar dan ook hebben gesteund.

Op berusting volgt stiekem toch frustratie. Zo ver ik kan vaststellen is het puur geluk als je dat zo vurig gewenste finaleticket opeens in je digitale winkelmandje toverde. Mijn digitale winkelmandje blijft dus definitief leeg. Houdt die #RoadtoStockholm echt al een week van te voren op, in bloody Hilversum? Dit soort wedstrijden, eens in de eenentwintig jaar, zoiets unieks mislopen, zo makkelijk geef ik toch niet op?

Hoewel, misschien is het maar goed ook als ik er niet bij ben. Mijn Europese uitsupporterscarrière is een beruchte: Milan ’03, Bayern ’04, Brugge ’05 en Bremen ’07. Mocht je niet al gaan zuchten bij het lezen van dat rijtje, zoek er gerust de uitslagen bij op en concludeer dat Ons Aller Ajax zonder mij wellicht beter af is in Stockholm. En toch… en toch. Ik leg mij er nog niet bij neer, want koppig. Want Ajax is weer Ajax. Want ik wil een Europese Finale natuurlijk graag meemaken.

Het wordt ook echt hoog tijd. In 1995 was ik vijftien jaar oud, Wenen kwam nog net te vroeg. Het volgende jaar won mijn neef twee kaartjes voor de finale, via radio 538. Er moest echter een volwassene mee, en dus zag mijn oom en niet ik met eigen ogen hoe Sonny Silooy in het Stadio Olimpico de laatste pingel verknalde.

Als twintiger had ik vervolgens genoeg tijd en niet veel andere financiële verplichtingen, dus stonden de bovengenoemde internationale awaydays op het programma. Prachtige herinneringen aan vreselijke wedstrijden. Wedstrijden die ik bezocht met mijn beste vrienden, die nu allemaal zo druk met kinderen en werk zijn dat ze sowieso niet naar Stockholm kunnen. Met hen in ónze stad naar de finale kijken is natuurlijk ook geweldig.

Ik twijfel, wik en weeg. Een vliegticket en hotel had ik al geboekt, één andere goede vriend is er sowieso bij, op de perstribune. Daar lul ik mijzelf niet meer naar binnen, maar voor en na de wedstrijd kunnen we samen optrekken. Stockholm, sowieso een leuke stad vol bevriende Ajacieden om een feestje mee te bouwen. Maar hoe frustrerend is het om straks voor dat stadion te staan en niet naar binnen te kunnen?

Maar! Zoals dat heet, de hoop sterft als laatste. En wat is wanhopiger dan meedoen aan een prijsvraag: Ziggo en Radio 538, ik probeer het gewoon. En wie weet wat voor avonturen ik ter plekke nog kan beleven. Als Ajax de finale kan halen, dan is de tribune voor mij vast toch ook een optie? Waarom twijfel ik nog? Ik ga gewoon. En wie weet waar ik nog terechtkom. Voor wie? Voor Ajax Amsterdam.