Komende zondag staat voor Ajax het ‘avondje NAC’ (of eigenlijk ‘middagje NAC’) op het programma. De koploper gaat dan op bezoek bij de Bredase formatie van trainer Nebojsa Gudelj en na het puntenverlies tegen SC Cambuur is een zege meer dan gewenst. De ervaring van de laatste jaren leert dat NAC-uit geen lastig te nemen horde is voor Ajax. Bovendien toont een terugblik op de editie van 2011/2012 aan dat de wedstrijd van komend weekend zomaar de definitieve opmaat naar de vierde landstitel op rij kan zijn voor de Amsterdammers.

Frank de Boer won al zijn drie duels op bezoek bij NAC Breda, in al die duels werd zelfs nog geen tegendoelpunt geïncasseerd. In zijn debuutseizoen 2010/2011, waarin hij het daags voor de Champions League-ontmoeting met AC Milan (2-0 winst) overnam van Martin Jol, zag De Boer zijn ploeg met 0-3 winnen in Breda door doelpunten van Siem de Jong, Miralem Sulejmani en een eigen goal van Rob Penders. Vorig seizoen stelde Ajax de landstitel officieus veilig op bezoek bij NAC. Er werd op 27 april 2013 met 0-2 gewonnen, doelpuntenmakers waren destijds Kolbeinn Sigthórsson en opnieuw Siem de Jong. Een week later zou in de thuiswedstrijd met Willem II de trilogie officieel worden voltooid.

De belangrijkste overwinning van de afgelopen jaargangen op de geel-zwarte Brabanders was echter die van 11 februari 2012. Ajax zat destijds in een diepe crisis door een gelijkspel tegen AZ (1-1) en nederlagen tegen achtereenvolgens Feyenoord (4-2, mede door een hattrick van John Guidetti) en – in een ijskoude Amsterdam ArenA – FC Utrecht (0-2, tweemaal Édouard Duplan). Titelprolongatie leek mijlenver weg, maar de zege in het Rat Verlegh Stadion zou alles doen veranderen. De Russische beer Dmitri Bulykin, die slechts een seizoen onder contract stond in Amsterdam, opende de score namens Ajax. Met de 0-2 van de Uruguayaan Nicolás Lodeiro werd diep in de tweede helft de broodnodige zege veiliggesteld, hetgeen een ongekende reeks van 14 Eredivisiezeges op rij en de 31e landstitel zou inleiden.