Elke supportersschare heeft zijn eigenaardigheden. We kennen de vele fans die zich ultra’s noemen, wedstrijden in Griekenland en Turkije worden steevast aangekondigd als heksenketels en in Dortmund wordt tweewekelijks Die Gelbe Wand opgetrokken. Waaraan herken je de Ajax-supporter?

Controlerende functie

Buiten de Ring A10 wordt het arrogantie genoemd, erbinnen heet het branie. Pas wanneer Eredivisie-rivalen op bezoek komen of een Europese clash zich aandient, wordt de sfeer opgepookt. Ajacieden staan zich erop voor dat ze niet zozeer naar de Johan Cruijff ArenA komen om de wedstrijd te zien, maar meer om te controleren of hun club wint, met hoeveel, en vooral hoe. Buitenstaanders gaan er meestal ook vanuit dat Ajax het varkentje wel wast, getuige de voorspellingen van de bookmakers. Geld inzetten op winst voor Ajax levert doorgaans weinig op. Wat dat betreft is het beter een kijkje te nemen op https://onlinecasinokix.com, waar voor het wagen van een gokje uit de beste en veiligste online casino’s gekozen kan worden. OnlineCasinokix heeft die alvast secuur geselecteerd op kwaliteit en betrouwbaarheid. 

Geen hoempapa


Carnavaleske muziek komt het stadion niet in. Niet dat het adagium ‘Doe maar normaal’ is: alles moet sierlijk en galavoorstellingen en tiki-taka-workshops zijn stiekem de norm. Maar de Ajacied doet niet aan hossen en hoempapa-muziek, en na een treffer klinkt er geen goaltune. Sierlijk verandert immers in potsierlijk als de bal via het achterwerk van de grensrechter het doel in rolt, en al helemaal als er dan ook nog een moppie stampmuziek wordt aangezet. De enige muzikale uiting die aan zuidelijk Nederland refereert wordt incidenteel verzorgd door de strijker uit Maastricht die André Rieu heet. Het speels ingeburgerde Three little birds is tekenend voor de zorgeloze sfeer. Bloed, zweet en tranen knalt uit tienduizenden kelen als het effe tegenzit op hete Europese avonden. 

Geen Calimero-gedrag


Spontane yells die ingezet worden – naast de gebruikelijke evergreens Voor Ajax Amsterdam en Amsterdam is poep op de stoep – moeten op z’n minst grappig zijn, anders krijgen ze geen bijval. Daarbij geldt de ijzeren wet: refereer bij succes nooit aan andere Nederlandse clubs, zoals elders gedaan wordt met het zeldzame ‘Helemaal niets in Amsterdam’. Waarmee maar weer wordt aangegeven dat een kampioenschap daar een unicum is – veelvuldig aangeduid als Calimero-gedrag.

Of toch wel?


Soms kunnen echter ook Ajacieden elkaar ongelovig-extatisch aankijken: wat gebeurt hier allemaal? Natuurlijk is het geen alledaags tafereel dat Europese zwaargewichten swingend opgerold worden. Maar al snel wordt daarna de trots bij elkaar geraapt en in de slotfase gezongen dat niemand Ajax stoppen kan. Op zulke avonden heeft dat er ook alle schijn van, en wordt de komende 0-0 op een troosteloze zondagmiddag in de Eredivisie alvast voor kennisgeving aangenomen. Dan is de tribune weer even het mopperende en sarcastische geheel dat we van vroeger kennen. De supporter weet intussen ook wel dat het moeilijk is je op te laden voor FC Koetgras-uit als je enkele dagen daarvoor nog regelrecht de hemel in geschreven bent door de mondiale pers. Oftewel, er ligt altijd wel een interessantere wedstrijd in het verschiet.