© Proshots

Matthijs de Ligt scoorde zondagmiddag zijn eerste doelpunt in de Eredivisie. Het grote talent verving na rust de geblesseerd geraakte Nick Viergever en deed dat buitengewoon goed. Zo’n tien minuten na zijn invalbeurt kon hij direct belangrijk zijn voor het team. “Nick raakte geblesseerd en toen kreeg ik van de trainer te horen dat ik moest gaan warmlopen. Dan gebeurt er toch wel iets in je lichaam. Dan kom je erin en krijg je na drie, vier minuten de bal en toen dacht ik ‘ik schiet maar eens op doel’. Die ging er al bijna in, dus dat was een lekker begin”, vertelt De Ligt aan FOX Sports.

“De spanning is als je eenmaal op het veld staat direct weg”, vervolgt de 17-jarige verdediger, die Ajax op een 2-1 voorsprong wist te zetten uit een hoekschop. “Ik heb dit seizoen al vier keer gescoord met mijn hoofd, dus Carlo l’Ami gaf al aan in de rust dat ik bij corners een beetje achter Davy moest lopen. Davy blokte mijn tegenstander en toen kopte ik ‘m in de verre hoek. Na de 3-1 bleef ik achterin staan, omdat ik zekerheid wilde inbouwen. Dan kan je voor een eigen succesje wel naar voren gaan, maar een counter en het staat zo 3-2. Als het zo kan dan denk ik daar wel over na, ja. Dan zorg ik ervoor dat er één man extra achter blijft.”

De Ligt, die de afgelopen zes dagen drie wedstrijden speelde (met Ajax O19, Jong Ajax en het eerste, red.), geniet van zijn minuten in het eerste. “Ik moet meer ervaring krijgen. Dat is moeilijk om specifiek beter te maken, maar met dit soort wedstrijden kom je een heel eind. Ik probeer gewoon zoveel mogelijk speelminuten te maken. Of dat nu bij O19, Jong of in het eerste is. Ik probeer gewoon zoveel mogelijk dingen te leren. Ook van mijn teamgenoten, zoals Sánchez vandaag. Dat soort jongens inspireren me wel. Daar probeer ik zoveel mogelijk van te leren. Ik heb veel geduld hoor, daarmee is het goed. Kijk, ik mag nu invallen dat is leuk. Maar ik probeer het team te helpen als ik speel. Het team staat achterin natuurlijk nu geweldig. We hebben zes clean-sheets op een rij, dat zegt denk ik wel genoeg. Ik wil zoveel mogelijk leren van de momenten dat ik speel. Dan moet uiteindelijk mijn kans gaan komen en dan moet ik die straks gaan grijpen.”