© Proshots

Frenkie de Jong omschrijft zichzelf als een speler die van risico houdt. Het talent denkt dat we in Nederland te veel geven om het balbezit. “In Nederland is het positiespel heilig, maar volgens mij slaan we door in het positiespel om het positiespel. Balletjes breed, balletjes terug, om maar balbezit te houden. Ik hou van risico, van vooruit voetballen en wil op een goede manier op avontuur gaan in een wedstrijd. Bij Ajax kan dat en ik merk uit de reacties van de fans dat ze zoiets ook waarderen”, vertelt de middenvelder in gesprek met Voetbal International.

“Veel jeugdtrainers maken het voetbal veel te moeilijk en halen daarmee de vrijheid uit een speler. Dat twee keer raken, het kiezen voor zekerheid boven risico. Ik liet me nooit iets aanpraten, deed zoveel mogelijk op intuïtie, maar veel voetballers zitten zo niet in elkaar”, vervolgt De Jong, die denkt dat het daarom misschien maar goed is dat hij in een later stadium naar Ajax toe kwam. “Misschien was ik wel overstap gegaan als ik eerder bij Ajax terecht was gekomen. Dan had ik meer concurrentie om me heen gehad, waren de trainers wellicht voor een ander gaan kiezen als ik mijn acties bleef maken en niet klakkeloos luisterde.”

Zoals steeds vaker naar voren komt, heeft ook De Jong veel geleerd van het voetballen op de straat. “Ik weet nog dat we met een paar vrienden iets van Johan Cruijff hadden gelezen, dat voetballen met een kleinere bal beter was voor je techniek. Op een gegeven moment hebben we besloten om dat gewoon te doen. Daardoor moest je nóg behendiger worden. De vrijheid van het voetballen op straat is aanstekelijk. Acties maken, tegenstanders opzoeken, continu alert zijn… Dat heeft zeker wel een flinke bijdrage gehad in mijn spel.”