Urby Emanuelson is pas 31-jaar oud maar heeft al veel meegemaakt in zijn carrière. Hij speelde uiteindelijk voor acht clubs maar met name zijn jaren bij AC Milan hebben grote indruk gemaakt op de ‘allrounder’. De oud-Ajacied sprak met FunX over zijn loopbaan en kijkt er tevreden op terug.
De linkspoot speelde tussen 2004 en 2011 zeven jaar in de hoofdmacht van Ajax en maakte daarna de overstap naar AC Milan waar hij uiteindelijk meer dan 100 wedstrijden voor speelde. “Als je de stap maakt van Ajax naar AC Milan dan denk je dat je alles al hebt meegemaakt. Ik heb zes jaar bij Ajax gespeeld en dan kom je in een land terecht waar ze heel weinig Engels spreken”, geeft Emanuelson aan. De eerste periode van Emanuelson in Milaan was geen gemakkelijke, maar ondanks dat wist de linksback een basisplaats te veroveren. “Als Mark van Bommel, Zlatan Ibrahimovic en Clarence Seedorf er niet waren geweest, zou het nog veel moeilijker zijn voor mij. Dat waren natuurlijk drie jongens die precies wisten wat van je verwacht werd.” Ook de trainingen waren in Italië veel intensiever dan in Nederland. “Ik merkte zeker in het begin dat ik in het begin veel sneller moe was en soms zelfs wegviel tijdens het rijden. Toen heb ik mijn moeder gebeld: mijn broer kwam mee naar Italië en reed me naar huis.”
Emanuelson kijkt vol trots terug op zijn tijd in Milaan waar hij de Scudetto en de Supercoppa won . “Ik ben daar gewoon basisspeler geweest, wat niet veel mensen hadden verwacht. Dat ik als jonge jongen tussen zo’n ploeg met al die wereldsterren liep, daar mag ik best wel trots op zijn.”
De zeventienvoudig-international speelde uiteindelijk zeven jaar in het buitenland waar hij goede gingen heeft meegemaakt, maar ook mindere dingen. Vooral bij AS Roma was hij doodongelukkig. “Ik raakte gewoon een beetje het vertrouwen in de mens kwijt, zeg maar. Dat was omdat mij dingen werden beloofd door clubs, waar eigenlijk maar weinig van terecht kwam.
Na zijn periode bij Roma zagen we de voormalig Ajacied terug bij Atalanta Bergamo, Hellas Verona en Sheffield Wednesday. Ook daar had hij het lastig. Hij wilde terug naar Nederland, naar een vertrouwd gebied. Dan denkt hij natuurlijk maar aan één club, maar dat telefoontje kwam maar niet.
Uiteindelijk kwam hij terecht bij FC Utrecht, maar hij denkt nog af en toe aan zijn oude liefde. “Ik hoop dat Ajax nog spijt gaat krijgen dat ze niet aan mij hebben gedacht. Maar ik leef niet met wraakgevoelens. Als Ajax komt, komen ze. Als ze niet komen, dan ga ik gewoon verder.”