Nemanja Gudelj was vorig seizoen één van de dragende spelers. De 24-jarige middenvelder speelde samen met Joël Veltman alle wedstrijden. Onder de nieuwe trainer Peter Bosz hoopt hij zich opnieuw te kunnen bewijzen. “Met een nieuwe trainer ruikt iedereen kansen. Dat is alleen maar goed. Het moet eigenlijk ook zo zijn dat iedereen honderd procent geeft op de trainingen. Bosz heeft nu ook vaak benadrukt dat we elke training moeten benutten om beter te worden. Dat doen we tot nu toe zeker en dat moet ook zo blijven”, laat Gudelj in gesprek met Ajax TV weten.
Doordat de Serviër vorig jaar in de Europa League-wedstrijd tegen Molde FK een rode kaart kreeg, is hij geschorst voor de eerste wedstrijd in de voorronde van de Champions League. Dat heeft echter geen invloed op zijn manier van trainen. “Ik ben inderdaad de eerste wedstrijd geschorst, maar dat maakt voor mij geen verschil uit of ik minder of beter ga trainen. Ik blijf gewoon mijn best doen. Hopelijk winnen we die wedstrijd.”
Vorig seizoen belandde Mike van der Hoorn in een gelijk scenario. Na een schorsing werd Joël Veltman opgesteld en niet meer uit de basis gehaald. Gudelj is niet bang voor zo’n zelfde gebeurtenis. “Daar vrees ik zeker niet voor. Ik ben altijd van mening dat de beste elf spelen. Als ik bij de beste elf hoor dan geloof ik in mezelf. En als dat niet zo is, zal ik mijn best doen om weer bij de beste elf te horen.”
Voor de middenvelder is het de tweede keer dat hij met Ajax afreist naar Oostenrijk. “Het voelt goed om hier weer te zijn. Het is een hele mooie omgeving, het weer is goed, het hotel is goed en ook het veld is goed. Het ziet er dus naar uit dat het fijne week gaat worden. De voorbereiding begint nu echt op gang te komen. De groep is weer bijna compleet. Je merkt daarnaast ook dat je steeds weer fitter raakt en dat de trainingen serieuzer worden. Het doel van deze week is om het goed af te sluiten, fit te worden en nog meer de kant opgaan waar we naar toe willen gaan. Dat is nog meer in de trainers speelstijl komen en daarnaast weer wennen aan de groep en aan het balletje.”
