In een grotendeels saai duel met een spectaculair slot heeft NEC rechtstreekse degradatie voorkomen in de ArenA. Ajax kwam snel op voorsprong, waarna er de hele wedstrijd bijna niks meer gebeurde. In de laatste tien minuten ging het echter los, met invaller Alireza Jahanbakhsh als hoofdrolspeler. Hij zorgde namelijk twee keer voor de gelijkmaker.

Voor Ajax stond er niks meer op het spel, maar toch zette de landskampioen NEC direct onder druk. Jongens als Kenneth Vermeer (met het oog op het WK), Mike van der Hoorn en Ricardo Kishna kregen van Frank de Boer de kans om zich weer eens te bewijzen, terwijl Christian Poulsen zijn laatste duel voor de Amsterdammers speelde. De Nijmegenaren hadden aan een punt genoeg om rechtstreekse degradatie te voorkomen, maar keken binnen tien minuten tegen een schier onmogelijke uitdaging aan. Een voorzet van Kishna leek aan niemand besteed, tot Jeffrey Leiwakabessy onbegrijpelijk het leer met een snoekduik in zijn eigen doel kopte.

Het zorgde er niet voor dat de bezoekers zich aanvallender opstelden. Dikwijls stonden er 21 spelers op hun helft, zelfs nadat het nieuws van de voorsprong van concurrent Roda JC op Go Ahead Eagles doordrong in het stadion. Door een rare inspeelbal van Vermeer kreeg Ajax-huurling Geoffrey Castillion een kans om de score gelijk te trekken, maar zijn schot werd adequaat gepareerd. Aan de overzijde was Davy Klaassen een paar keer dicht bij zijn elfde competitiedoelpunt, maar verder viel er weinig te beleven in de eerste helft. Het speltempo was bij tijd en wijlen zo traag als dikke stront door een trechter; Ajax leek geen zin te hebben om het publiek te vermaken, terwijl NEC rond het eigen strafschopgebied kampeerde.

Ook na rust viel er nauwelijks iets te genieten voor het publiek. NEC wist een paar keer te ontsnappen, maar was telkens weer onnauwkeurig in de passing. Ajax wist pas na een uur spelen weer een echte kans te creëren. Kolbein Sigthórsson en Thulani Serero combineerden snel door het centrum, waarna de inzet van de Zuid-Afrikaan veel te zacht was om NEC-goalie Johnson te passeren.

Twintig minuten voor tijd leek NEC toch te beseffen en prompt was het raak. Een zondagsschot van invaller Jahanbakhsh bleef net buiten het bereik van Vermeer. Een volgende salonremise leek aanstaande, want net als tegen Heracles hadden de Amsterdammers geen zege meer nodig. Een paar minuten voor tijd ontsnapte Bojan echter aan de aandacht van de verdediging, snelde op doel af en rondde beheerst af. Tot groot afgrijzen van de meegereisde uitsupporters, want hun ploeg zat nu weer op het degradatietraject. Ajax kreeg nog enkele kansen via Serero en Bojan, maar zij konden niet profiteren van het open huis achterin. Vanuit het niets was daar echter weer Jahanbakhsh. Na een misverstand achterin bij Ajax was hij er als de duvel bij en zorgde voor de 2-2. NEC kon zo dus feestvieren, terwijl Ajax zich diep moet schamen voor dit resultaat. Met 71 punten is de ploeg van Frank de Boer de kampioen met het minste aantal punten ooit, sinds het driepuntensysteem.

Opstelling Ajax:

Opstelling Ajax: Vermeer, Van Rhijn, Van der Hoorn (Veltman/75), Blind, Boilesen; Klaassen, Poulsen, Serero; Bojan, Sigthórsson (De Jong/80), Kishna (Andersen/67).

Opstelling NEC

Opstelling NEC: Johnsson; Gravenberch, van Eijden, Nielsen (Higdon/84), Leiwakabessy; Jantscher (Hemlein/70), Pálsson, Rieks, Conboy, Stefánik (Jahanbakhsh/59); Castillion.

Doelpuntenmakers

1-0 ‘9 Leiwakabessy (Eigen Doelpunt)
1-1 ’74 Jahanbakhsh
2-1 ’83 Bojan
2-2 ’88 Jahanbakhsh