© Proshots

Justin Kluivert was enigszins verrast dat hij door Peter Bosz werd meegenomen op trainingskamp naar Portugal, waar het eerste elftal zich momenteel voorbereidt op de tweede seizoenshelft. “Ik was zeker verrast. Ik begon dit seizoen in O19 en dan ga je er automatisch vanuit dat je daar ook het seizoen afmaakt. Dan wil je jezelf daar laten zien. Dat het nu zo snel gaat is alleen maar mooi. Ik hoorde het vlak voor de vakantie. Ik had toen een gesprek waarin werd gezegd dat ik naar Jong zou gaan. Daar was ik al heel blij mee. Niet veel later hoorde ik dat ik mee mocht naar Portugal”, vertelt het talent aan Ajax TV.

“Qua trainingen is het natuurlijk heel erg zwaar, maar het is wel heel erg goed voor je ontwikkeling”, vervolgt hij. “Je moet na de winterstop weer even in je ritme komen, maar ze vangen me goed op in het team. Ik heb het heel erg naar mijn zin. Er zijn nog een aantal jonge spelers, dus dat is fijn. Het is een jong elftal. Iedereen voelt elkaar daardoor misschien wat beter aan. Ik denk dat ik wel kan meekomen met het niveau. Het is een stap hoger dan O19 of Jong Ajax, misschien zelfs wel een paar stappen. Het is fijn om hier bij te zijn. Vooral de dingen om het voetbal en de trainingen heen is anders. Bij het eten is de hele selectie er bijvoorbeeld een kwartier van te voren al. Bij O19 komt iedereen meestal precies op tijd. Daar zie je wel aan dat het wat professioneler is. Het voetbal vraagt wel wat meer van je, maar ik kan goed meekomen. Nu moet ik het ook laten zien en tot nu toe gaat dat goed, vind ik.”

Woensdag liet Kluivert nog een training schieten, maar donderdag was hij weer van de partij. “Ik wil alles uit deze week halen. Ik wil laten zien dat ik veel potentie heb en niet voor niks ben meegegaan”, vervolgt de aanvaller die heel graag het eerste van Ajax wil halen. “Die ambitie heb ik zeker. Niet alleen omdat mijn vader in het eerste heeft gespeeld, maar ook omdat ik hier al mijn hele leven speel en heb ontwikkeld. Dan wil je niets liever dan het einddoel halen en dat is Ajax 1. En dan daar dé man worden. Daar werk ik nu elke dag hard voor.”