Het is dit seizoen bijna elke wedstrijd raak: Ajax creëert (veel) meer kansen dan de tegenstander, maar springt enorm slordig om met die kansen. Een niet al te fijne tendens. “Het kansen creëren is waar je aan werkt. We gaan dan individueel met de jongens aan de slag om kansen af te maken, maar dat is natuurlijk niet iets wat van de ene op de andere dag ineens goed gaat. Je hoopt met veel kansen te creëren ook veel doelpunten te maken. Dat lukte nu tegen ADO niet. Tegen PEC en Groningen scoorden we er eigenlijk ‘maar’ drie. Nu maakten we er maar één uit alle kansen en dat is te weinig”, zegt de hoofdtrainer in gesprek met Ajax TV.
“We gaan al veel aan de slag met ‘de eindfase’, om het zo maar te noemen. Dus dat zal gewoon hetzelfde blijven. Verder moeten we wel op dezelfde wijze doorgaan, in de zin van dat we veel kansen moeten blijven creëren. Dat gaat op dit moment wel oké, alleen het afmaken moet echt beter.”
De vele kansen kunnen als positief worden beschouwd, maar dat er slechts één goal uit volgde als negatief. Bij Keizer heerst echter geen dubbel gevoel. “We moeten gewoon veel kansen blijven creëren en daarbij moeten we ook ballen binnen gaan schieten. Dus daar zit na afgelopen zondag geen dubbel gevoel aan. Het gevoel is nu gewoon niet goed, want we hebben gelijk gespeeld. (…) Wij moesten eigenlijk in de tweede helft zorgen dat we aan het voetballen bleven. Daarvoor zal je uiteraard ook mee moeten in de strijd, maar daarnaast moet je wel blijven voetballen. Anders wordt het alleen maar strijd en dat is niet ons spel.”