Kjell Scherpen speelt door het aanblijven van collega-keeper Dominik Kotarski dit seizoen lang niet alle wedstrijden bij Jong Ajax. Desondanks heeft Scherpen nog altijd vertrouwen dat hij het eerste elftal van Ajax gaat bereiken, zo vertelt hij aan Voetbalprimeur.
De doelverdediger staat dan wel minder wedstrijden in het basisteam, dat betekent niet dat hij geen stappen vooruit zet. “Ik kan nog genoeg leren door elke dag op topniveau te trainen”, vertelt Scherpen. “Voor mij is het daarom elke dag een uitdaging, waarvan ik nog altijd geniet. De wedstrijden om mezelf te bewijzen, komen vanzelf.” Scherpen staat dagelijks op het trainingsveld met Maarten Stekelenburg, tegen wie hij opkijkt. “Het is bijzonder, want het is een man die alles heeft meegemaakt: van WK’s en EK’s tot de Champions League. Natuurlijk is het prachtig om dat als jonge keeper mee te maken. Daar kan ik genoeg van leren.”
Twee weken geleden leek Scherpen zijn debuut in de Champions League te maken, maar André Onana bleek alsnog in staat om te spelen. “Het was even hectisch. We kwamen op de club en hoorden dat we zoveel coronagevallen hadden. Toen we dichterbij de wedstrijd kwamen, was het nog steeds onduidelijk. Ik heb mezelf voorbereid alsof ik zou spelen. Als dat niet zo zou zijn, hield het op. Uiteindelijk ben je dichtbij, maar ook zover weg. Wanneer ik er moest staan, was ik er klaar voor. Nu wacht ik gewoon op het moment. Hopelijk komt dat snel.” Scherpen heeft kortom geduld, al wil hij wel perspectief zien op een basisplaats in Ajax 1. “Volgend jaar moet dat zijn. We moeten kijken welke stappen ik dit jaar zet en hoever ik mezelf ontwikkel. Hopelijk kan ik volgend jaar spelen en een mooie toekomst tegemoet gaan.”