© Proshots

Ajax is in de Champions League met een fantastische uitreeks bezig. De Amsterdammers verloren in het hoofdtoernooi al 11 uitwedstrijden niet, waardoor de club het op vreemde bodem opvallend een stuk beter doet dan in de eigen Johan Cruijff Arena. Oud-voetballer Rafael van der Vaart vindt dit echter logisch.

Van der Vaart ziet zulke resultaten namelijk wel vaker gebeuren. “Ik heb de indruk dat er tegenwoordig in uitwedstrijden veel vrijer wordt gevoetbald, dat het verschil tussen uit en thuis steeds minder groot wordt. Altijd vol voor de winst spelen, dat vind ik mooi. We zijn allemaal op voetbal gegaan om te winnen en mooi te spelen, niet om te rekenen”, verklaart de voormalig Oranje-International. “In je eigen stadion moet je – zeker als er gewoon publiek is – voor je gevoel wat meer naar voren spelen. En dat is niet altijd verstandig. In uitduels is het plan vaak wat duidelijker en krijg je ook meer ruimte.”

De ongeslagen reeks begon in het successeizoen 2018/2019 in het stadion van Bayern München, waar Ajax knap gelijkspeelde. Vervolgens bleken ook Real Madrid, Juventus, Tottenham Hotspur, Valencia en FC Midtjyland (alle duels gewonnen) én Benfica, Chelsea en Atalanta (alle duels gelijk) niet in staat om de ploeg van Erik ten Hag te verslaan. Volgens Van der Vaart hebben de knappe resultaten bovenal te maken met de ervaring die het team bezit. “Natuurlijk hadden ze tegen Atalanta en misschien nadrukkelijker de controle moeten bewaken. Maar schiet Perr Schuurs na die ene actie de bal in de bovenhoek en wordt het 0-3, dan hebben we het er nu nog over. Bij Midtjylland liep het wel net goed af.”