Door de blessure van Jaïro Riedewald stond Nick Viergever tegen FC Groningen eindelijk weer eens in de basis. De oud-AZ-speler baalde na afloop van het tegendoelpunt, maar keek tevreden terug op het duel. “Ik moet nu mijn kans grijpen en denk dat ik daar redelijk goed mee ben begonnen”, vertelt hij aan De Telegraaf.

Viergever staat dit seizoen pas op acht wedstrijden in totaal. “Ik zat in een vervelende situatie, want je wilt in de weekenden toch lekker voetballen. Als die kans niet komt, is dat teleurstellend. Maar je moet wel verder. Dat heb ik gedaan door keihard te trainen. De blessure was lullig voor Jairo, maar zo werkt het nu eenmaal in het voetbal.”




Hij beaamt dat een rol als wissel lastig is. “Er waren fases dat ik er helemaal doorheen zat. Dan was ik gefrustreerd, omdat ik al zo lang op de bank zat.” Gelukkig waren er ook anderen die hetzelfde meemaakten. “Ik zat met Mike van der Hoorn, Lasse Schöne, Ricardo van Rhijn, John Heitinga en Diederik Boer in hetzelfde schuitje, dus dan sleur je elkaar erdoorheen. De ene dag had speler A een slechte dag, de andere dag speler B. Maar hoe moeilijk het ook was: we zijn op die maandagen als we met de wisselspelers trainden, wel altijd volle bak gegaan. We pepten elkaar op, omdat de dag kon komen dat we er moesten staan.”

Voor Viergever zijn die dagen nu aangebroken. Tegen FC Groningen had hij een basisplek, een wedstrijd die pas in de tweede helft door Ajax werd afgemaakt. “Davy Klaassen is iets agressiever doorgegaan in het druk zetten, waardoor we goed in ons spel kwamen en FC Groningen niks meer had te vertellen. De toon was gezet en de doelpunten waren het logische gevolg. Na de rode kaart van Mike van der Hoorn kregen we een grote kans op 0-3, maar hielden we Groningen in leven. Gelukkig viel de 1-2 pas zo laat, dat we de zege over de streep konden trekken.”