Gery Vink heeft gereageerd op het vertrek van voormalig hoofd jeugdopleiding Wim Jonk en hoofd talentontwikkeling Ruben Jongkind. De huidige trainer van Ajax A1 geeft toe dat trainers uit andere sporten een toegevoegde waarde kunnen zijn, maar stelt ook dat de visie in de praktijk moeilijk te volgen was. “Om de visie van Jonk goed te kunnen uitvoeren had je goede managers nodig. Want alle onderdelen binnen de opleiding moeten nauw met elkaar verbonden zijn. Er was steeds meer overleg nodig om de boel in goede banen te leiden. Op zeker moment zat ik vaker aan de vergadertafel dan dat ik op het veld stond”, vertelt Vink in gesprek met Voetbal International.
“Het individuele maatwerk en het inschakelen van specialisten viel alleen maar toe te juichen. En de visie van Jonk op voetbal is fantastisch”, vervolgt hij. “Maar geleidelijk aan raakte in de uitvoering van de nieuwe aanpak de balans zoek. De individuele aspecten in de opleiding, de technische hulpmiddelen en de persoonlijke aandacht; daar gaan we gewoon mee door. Maar de nadruk zal meer op het voetbal zelf komen te liggen.”
Toch zijn er ook dingen veranderd. Zo zullen de teamtrainers niet meer worden overruled door de performance coaches. “Op een gegeven moment bepaalden zij hoe lang een talent mocht spelen. Het wisselbeleid bij jeugdwedstrijden werd bijna hogere wiskunde. Jeugdtrainers zullen altijd ondergeschikt zijn aan de aflevering van talent aan het eerste elftal, maar niet aan performance coaches of computermodellen.”
De jeugdtrainer heeft ook gereageerd op het vertrek van meerdere werknemers bij Ajax. “Ik neem mijn petje af voor de mensen die achter Wim en Ruben zijn blijven staan en hun conclusies hebben getrokken. Een dergelijke solidariteit zie je niet vaak meer in het profvoetbal.”
